Het convenant tussen de Vlaamse Landmaatschappij en de provincie Zeeland heeft tot doel om beter samen te werken voor inrichtingsprojecten waarvoor aan beide zijden van de Belgisch-Nederlandse grens grond wordt verworven. Beide partijen streven ernaar om de (toekomstige) grondbehoefte in het grensgebied in beeld te brengen. “Op ad-hoc-basis werd er reeds een paar jaren samengewerkt. Het convenant geeft daar voor de toekomst structuur aan”, zegt Jan Verboven, die de samenwerking met provincie Zeeland coördineert namens VLM. “Een gelijkaardig convenant werd enkele jaren geleden gesloten met het Nederlandse Kadaster.”
Beide partijen hebben elkaar gevonden binnen het Euregio-samenwerkingsverband van Zeeland, Oost- en West-Vlaanderen en het lopende Interreg-project Grenspark Groot-Saeftinghe. Verboven: “Binnen dit project stelt VLM Grondenbank Linkerscheldeoever onder meer 80 hectare gronden beschikbaar aan landbouwers die hun teeltkeuze afstemmen op de bruine kiekendief. Voor hetzelfde doel werden ook 20 hectare aan beheerovereenkomsten akkervogels afgesloten. In Nederland worden parallel gronden ingezet van provincie Zeeland, waar landbouwers via het beheerpakket vogelakkers teelten kunnen verbouwen in functie van de bruine kiekendief en andere akkervogels.
Aangezien Zeeland grenst aan Oost- en West-Vlaanderen zijn er nogal wat Vlaamse boeren die grond bewerken aan de andere kant van de landsgrens. De Vlaamse Landmaatschappij onderzoekt samen met de provincie Zeeland de modaliteiten voor kavelruilprojecten rond de grens, “waarbij vrijwilligheid en een marktconforme prijs het uitgangspunt vormen”. Coördinator Jan Verboven legt uit dat in eerste instantie gemikt wordt op een aantal kleinschalige projecten met 10 tot 15 landbouwers die de afstand van hun boerderij tot de gronden die ze bewerken graag verkleinen. “Door het realiseren van een aantal ‘quick wins’ kunnen we vertrouwen winnen bij overige landbouwers”, laat hij verstaan dat een kavelruil op grotere schaal later nog kan.